In de loop der jaren heeft onze Heemkundevereniging enkele oorlogsdagboeken gepubliceerd van inwoners van Sprang-Capelle.
Die dagboeken hadden betrekking op dat deel van de eindfase van Wereldoorlog II, waarin aanvankelijk vanaf september 1944 onze provincie Noord-Brabant en na verloop van nog geen twee maanden ook onze gemeente Sprang-Capelle het toneel werd van de strijd tussen de Geallieerde- en de Duitse troepen.
Na ruim vier jaren bezetting en onderdrukking kwam toen de daadwerkelijke strijd opnieuw naderbij en werden we daarin ondergedompeld. Evenwel met de bevrijding van Sprang-Capelle op 30 oktober 1944 waren voor de Langstraat en met name Sprang-Capelle de oorlogshandelingen niet voorbij. In het bijzonder denken we daarbij aan de strijd om het Duitse bruggenhoofd bij het Capelse Veer1 .
In die dagboeken worden de gevolgen daarvan voor Sprang-Capelle en haar bevolking beschreven.
Allereerst is gepubliceerd het dagboek van de heer Simon Rempt, gewoond hebbende Raadhuisstraat 121, dat zich uitstrekt over de periode van 21 september 1944 - 29 mei 19452).
Daarna is gepubliceerd3 het dagboek van mevrouw A.C. van Ommeren, toen zij het schreef nog ongehuwd en wonende Julianalaan 82. Haar dagboek omvat de periode 3 september 1944 t/m 28 mei 1945.
Beide dagboeken geven een voortreffelijk beeld van de oorlogshandelingen en de consequenties daarvan voor de plaatselijke bevolking.
Thans hebben we de beschikking gekregen over het dagboek van de heer W.A. Rijkers, geboren 9 jan. 1910 en overleden 18 dec. 1975. Hij was militair (Lt. Kolonel) en heeft gewoond Hogevaart 86, alhier. Zijn dagboek gaat in op de omstandigheden, waaronder zijn gezin en de inwoners van Sprang-Capelle geleefd hebben gedurende ongeveer de laatste maand - 29 september 1944 t/m 1 november
1944 - vóór de bevrijding van Sprang-Capelle. Natuurlijk ontbreken de oorlogshandelingen niet, maar het accent ligt meer op het leven van alle dag in bezettingstijd en de daarmee gepaard gaande moeilijkheden, met de dreiging van de naderbij komende strijd en het hoopvolle vooruitzicht van de bevrijding op de achtergrond.
Als zodanig is dit korte dagboek een waardevolle aanvulling op de beide andere genoemde dagboeken.
Tezamen geven zij een goed beeld van hetgeen de bevolking heeft doorgemaakt.
Nu we dit jaar herdenken, dat 55 jaar geleden de Tweede Wereldoorlog eindigde, is dit een reden te meer om tot publicatie van dit derde dagboek in "Bruggeske" over te gaan.

De oude spelling (De Vries en Te Winkel), die de heer Rijkers bezigde, heb ik gehandhaafd. Ik heb gemeend als toelichting voor de lezer de door de schrijver dikwijls alleen bij de voornamen of toen gebruikelijke bijnamen (geen scheldnamen!) genoemde personen, waardoor de betrokkenen voor buitenstaanders niet herkenbaar zijn, in voetnoten nader te moeten aanduiden. Dat geldt ook voor de vermelding in de voetnoten van straat en huisnummer om voor de lezer de plaats nader aan te geven, waar een en ander zich afspeelde. Daarbij is niet de in die tijd geldende huisnummering gevolgd, waarbij de gemeente was ingedeeld in 4 wijken: A (Sprang), B (Vrijhoeve-Capelle), C (Capelle) en D (Nieuwevaart) (die thans nietszeggend zou zijn geweest), maar de in november 1951 ingevoerde nieuwe straatnamen en huisnummering, zoals die thans nog gelden. Voor de hulp bij die vermelding in voetnoten dank ik in het bijzonder ons lid, de heer Wijnand Konings, zonder wiens kennis van de toenmalige inwoners en hun adressen, dat niet goed mogelijk zou zijn geweest.
Tenslotte betuig ik mijn dank aan mevrouw P. Rijkers-Treffers, thans wonende te Waalwijk, de weduwe van de schrijver, voor haar informaties en voor haar spontane toestemming om het dagboek van haar man in "Bruggeske" te publiceren.
Zij heeft daarmee de huidige en toekomstige bevolking van Sprang-Capelle een grote dienst bewezen.
Ik ben er van overtuigd, dat ook dit dagboek zal bijdragen tot een verdieping van de kennis omtrent de toenmalige tijdsomstandigheden en gebeurtenissen.

Sprang-Capelle, 8 april 2000
M. van Prooijen